top of page

Van snuffelaar tot speurneus: De weg naar Speurhond

Sportspeuren, een discipline waarbij honden hun neus gebruiken om sporen te volgen en voorwerpen te vinden, biedt een uitdagende en lonende ervaring voor zowel hond als geleider. In deze blogpost duiken we in de wereld van sportspeuren, met een focus op de disciplines IGP 1, 2 en 3, en Speurhond 1 en 2. We verkennen de regelementen en de opbouw van de training, zodat jij en je viervoeter goed voorbereid zijn op dit spannende avontuur.


IGP (Internationale Gebrauchshunde Prüfungsordnung)

IGP, voorheen bekend als IPO, is een veelzijdige hondensport die bestaat uit drie onderdelen: speuren (A), gehoorzaamheid (B) en pakwerk (C). Het speuren binnen IGP is gericht op het nauwkeurig volgen van een menselijk spoor en het vinden van daarop geplaatste voorwerpen.

  • IGP 1:

    • Spoorlengte: Minimaal 300 passen (eigen spoor)

    • Leeftijd spoor: 20 minuten oud

    • Aantal voorwerpen: 3

    • Hoeken: 2 rechte hoeken

  • IGP 2:

    • Spoorlengte: Minimaal 400 passen (vreemd spoor)

    • Leeftijd spoor: 30 minuten oud

    • Aantal voorwerpen: 3

    • Hoeken: 2 rechte hoeken

  • IGP 3:

    • Spoorlengte: Minimaal 600 passen (vreemd spoor)

    • Leeftijd spoor: 60 minuten oud

    • Aantal voorwerpen: 3

    • Hoeken: 3 rechte hoeken, waarvan 1 spitse hoek


Speurhond 1 en 2

Speurhond is een discipline die zich specifiek richt op het speuren. Het legt de nadruk op het zelfstandig werken van de hond en het nauwkeurig volgen van het spoor.

  • Speurhond 1:

    • Spoorlengte: Ongeveer 1200 passen

    • Leeftijd spoor: Minimaal 2 uur oud

    • Aantal voorwerpen: 4

    • Hoeken: Meerdere hoeken

    • Verleidingsspoor: Aanwezig, kruist het hoofdspoor tweemaal

  • Speurhond 2:

    • Spoorlengte: Ongeveer 1800 passen

    • Leeftijd spoor: Minimaal 3 uur oud

    • Aantal voorwerpen: 7, waarvan 1 identificatievoorwerp

    • Hoeken: 7 hoeken, verdeeld over 8 spoorgedeelten

    • Verleidingsspoor: Aanwezig, kruist twee delen van het hoofdspoor


Opbouw van de training

De training voor sportspeuren is een proces van geduld en opbouw. Het is belangrijk om te beginnen met korte, eenvoudige sporen en de moeilijkheidsgraad geleidelijk te verhogen. Hierbij let je op:

  • Spoorlengte en leeftijd: Bouw de lengte en leeftijd van het spoor langzaam op, zodat je hond zich kan ontwikkelen en wennen aan de uitdagingen.

  • Hoeken: Begin met rechte hoeken en introduceer later ook spitse hoeken.

  • Voorwerpen: Start met een klein aantal voorwerpen en voeg er geleidelijk meer toe.

  • Verleidingssporen: Introduceer verleidingssporen pas wanneer je hond het hoofdspoor goed beheerst.

  • Terrein: Varieer het terrein waarop je traint, zodat je hond leert speuren in verschillende omstandigheden.

  • Beloning: Beloon je hond uitbundig voor zijn inspanningen en successen, zodat hij gemotiveerd blijft en plezier heeft in het speuren.


Tot slot

Sportspeuren is een fantastische manier om de band met je hond te versterken en zijn natuurlijke talenten te ontwikkelen. Of je nu kiest voor IGP of Speurhond, het belangrijkste is dat jullie samen plezier hebben in het proces. Met geduld, toewijding en de juiste begeleiding kunnen jij en je hond uitgroeien tot een succesvol speurteam!

16 weergaven

Comments


Commenting has been turned off.
bottom of page